Zoë is een klein meisje dat nog in sprookjes gelooft. In het koninkrijk waar zij woont dreigt een groot gevaar: een draak staat op het punt om wakker te worden en alles te vernietigen. Als Zoë de drakenjagers Gwizdo en Lian-Chu ontmoet, denkt zij de helden te hebben gevonden die de draak zullen verslaan. De sluwe Gwizdo is echter alleen maar uit op het geld van oom Arnold, om samen met Lian-Chu het boerderijtje te kunnen kopen waar hij al jaren van droomt, en is al helemaal geen held. Zoë is vastbesloten de twee te volgen in hun avontuurlijke tocht naar het einde van de wereld. Voor haar is het een droom die uitkomt, voor Gwizdo een regelrechte nachtmerrie die alleen maar fout kan aflopen. Maar eenmaal begonnen, is er geen weg meer terug. En zowel Zoë als Gwizdo weten niet dat Lian-Chu al eerder oog in oog heeft gestaan met de draak, en nog iets met hem heeft af te rekenen…